De werkwijze
De jongere bepaalt zelf waaraan het wel of niet wil werken. Deze bepaling is essentieel voor het gebruik van dit boek in de klas. Sommige onderwerpen in dit boek zijn emotioneel beladen en pijnlijk om erover te schrijven. Als de jongere er zelf voor kiest om met zo’n bladzijde te beginnen hoef je ook niet bang te zijn dat de jongere overweldigd zal worden door emoties die hij niet meer onder controle kan krijgen. Zo worden er nooit dingen overhoop gehaald waar de jongere nog niet aan toe is. Juist door de werkwijze zelf te kunnen bepalen met welke pagina je aan de gang gaat, geeft de jongere de ervaring weer zelf greep te krijgen op belangrijke levensthema’s. Juist voor hen is dit zo belangrijk, omdat gevluchte jongeren die controle over hun leven vaak kwijt zijn.
De mentor stuurt niet maar begeleidt. De mentor toont interesse, helpt met het maken van digitale foto’s en het printen daarvan, kan spellingscorrecties geven mits de jongere daarom vraagt en toont belangstelling voor het verhaal van de jongere. De mentor geeft de jongere zo het gevoel dat hij belangrijk is, zijn mening ertoe doet en zijn levensverhaal waardevol en de moeite waard is. Elke week maakt de mentor 1 vast uur in zijn programma beschikbaar voor de jongeren om aan de boeken te werken. De jongeren kunnen vrijelijk beschikken over de computers in de klas, om daarop eventueel teksten uit te werken, collages te maken of tekeningen te maken voor het boek in paint. Op internet kunnen ook foto’s en plaatjes en informatie worden gezocht en uitgeprint. De mentor inspireert de jongeren om ook thuis na te denken over de inhoud van het boek, bladzijden in te vullen of voor te bereiden, en plaatjes en foto’s te verzamelen. In een insteekhoes in de klapper kunnen deze worden bewaard tot ze een plekje krijgen in het boek.
De inhoud van het boek is privé. Natuurlijk zijn we allemaal nieuwsgierig naar de bijdragen van de jongere. Belangrijk in deze is dat de jongere zelf toestemming moet geven om bepaalde bladzijden te laten lezen. Respecteer altijd de geheimen van de jongere en zeg ook tegen hem dat je niets zult lezen wat hij niet wil. Iedereen die op de één of andere manier betrokken is bij het maken van deze boeken moet van deze afspraak op de hoogte zijn. Om deze reden kan de mentor de jongere de ruimte geven om het boek eventueel in een kast in de klas op te bergen.
Gevoelens zijn belangrijker dan de feiten. Het gaat er dus niet om of de informatie die de jongere in het boek schrijft correct is of niet. Voor ons is die informatie nauwelijks of niet te verifiëren. Het gaat hier om de subjectieve beleving van de jongere, die er gewoon mag zijn en recht heeft op een plekje. Door deze informatie regelmatig met de jongere te bespreken, als hij daar om vraagt en te herhalen maakt dat de jongere langzamerhand een beter begrip krijgt voor zijn omstandigheden en pijnlijke gevoelens kan gaan verwerken. Het levensboek is daarbij gewoon een hulpmiddel.
|